Zo’n tien jaar geleden vertrok ik op vakantie naar Thailand zonder schrift. Dat bleek een vergissing. In Bangkok schafte ik me een notitieboek aan. Ik moest schrijven. Ik schrijf sinds ik een jaar of acht ben. Soms houd ik ermee op, maar dan duikt vroeg of laat het verlangen weer op. Het paradoxale aan mijn verlangen is dat het omgekeerd evenredig is met de mogelijkheid die ik heb om te schrijven. Ik wil schrijven op momenten dat ik met iemand in gesprek ben, het eten op het vuur staat, een pop aangekleed moet worden en wel meteen. Wanneer ik eindelijk mijn laptop kan openslaan, heeft de lege pagina zijn aantrekkingskracht verloren en surf ik doelloos op het wereldwijde web.
De redenen waarom ik schrijf zijn dezelfde als die van andere schrijvers. Mijn uitdaging bestaat erin ze te verwoorden op een manier die jou verleidt – wat misschien nooit zal lukken. Daarom schrijf ik.
Gewoonte
Schrijven is een uit de hand gelopen hobby van een eerder teruggetrokken en verlegen kind dat af en toe aangemoedigd wordt door een bescheiden applaus. Dat kind ben ik.
Plezier
Ik schrijf omdat ik het leuk vind, hoewel ik me na het schrijven nagenoeg altijd een mislukkeling voel. In het begin komen de zinnen snel. De eerste versie begint hoopvol, maar eindigt in mineur. De tweede, derde, vierde en x-ste versie zijn een zoektocht naar het taalspel, naar de climax, naar de betekenislagen. Ik probeer afstand te nemen. Uiteindelijk heb ik een kritische maar vriendelijke lezer nodig die zijn ongezouten mening geeft, waarna ik even instort – hoewel ik diep vanbinnen hetzelfde vermoedde – om dan aan de x+1-ste versie te beginnen. Zo kan ik eindeloos blijven puzzelen.
Overweldiging
Ik schrijf omdat er iets verteld moet worden, omdat iets me ertoe dwingt. De zonsopgang als iedereen slaapt, het einde van de affaire, het niet bereiken van de top, teennagels, de man die in een kabouter veranderde, verdwalen in de stad, verwelkte bloemen, Virginia Woolf, oma’s aardbeienconfituur.
Vrijheid
Misschien is alleen het schrijven een act van absolute vrijheid, aldus David Grossman. Ik schrijf, geboeid door de ene al meer levende geest dan de andere. Al schrijvend zoek ik de sleutel. In de hoop op een dag vrij te zijn.
Dit is mijn geloofsbelijdenis.
Daarom schrijf ik.
Lees: Waarom ik schrijf, George Orwell; Why I write, Joan Didion; De ontdekking van de wereld, Clarice Lispector; De ander van binnenuit kennen, David Grossman; Herinneringen aan mijn onzichtbaarheid, Rebecca Solnit; Overpeinzingen, Zadie Smith; De tedere verteller, Olga Tokarczuk; Dingen die ik niet wil weten, Deborah Levy.